Het eiland Curacao ligt ten noorden van Venezuela, en is een eiland in de zuidelijke Caraïbische Zee. Curacao is sinds 2010 een land binnen het koninkrijk der Nederlanden. Er zijn 3 officiële talen: Papiaments, Engels en Nederlands. Met een Nederlands paspoort heb je geen visum nodig om het eiland op te komen; een paspoort is wel vereist.
Wat te doen op Curacao?
Stranden
Het eiland is populair onder vakantiegangers uit Nederland maar ook onder Duitsers en Belgen. Het is een perfect eiland voor de ideale strandvakantie of duikvakantie. Je kunt namelijk prachtig duiken in de wateren rond Curacao en klein Curacao, het onbewoonde eiland voor de kust. Verder kun je met een huurauto perfect iedere dag een ander strand bezoeken. Prachtige strandjes zoals Playa Lagun, playa Kokomo, de kleine knip en de grote knip zijn altijd wel in trek. Je kunt hier behalve lekker op het strand liggen en snorkelen, ook lekker ergens eten. Overigens kun je varkens op het strand voeren bij Playa Porto Marie.
Willemstad
Behalve het eiland, is er natuurlijk ook de stad Willemstad. Punda, Otrobanda en de pontjesbrug ertussen vormen toch wel het middelpunt van alles. Ook het rif fort is een bezichtiging waard; je kunt op dat fort heerlijk eten. Bekijk de prachtig gekleurde huisjes van Willemstad en eet een ijsje bij een van de vele ijszaken. Wil je iets cultureels, ontdek dan het slavernijverleden in Museum Kura Hulanda.
Buiten Willemstad – landhuizen, zoutpannen en snoekelplekken
Willemstad is een leuke activiteit; meer dan een of twee dagen kun je hier echter niet spenderen. Buiten Willemstad is er ook genoeg te doen; bezoek bijvoorbeeld een van de 87 overgebleven landhuizen of wandel door de zoutpannen van Jan Thiel. De beste snorkelplekken zijn toch wel Tugboat Beach bij de Caracasbaai waar je een gezonken schip kunt vinden en Playa Grandi waar je vaak tussen grote zeeschildpadden kunt zwemmen.
Geschiedenis van Curacao
Van 2900 v. Chr. tot de Spaanse bezetting
Er zijn aanwijzingen dat Curacao al bewoond was rond het jaar 2900 v. Christus. Het ging om de Arowakken, de bewoners heetten Caquetíos. Deze mensen leefden in kleine nederzettingen en dreven handel met indianen van andere eilanden en van het vasteland. In het jaar 1499 werd het eiland door de eerste Westerlingen ontdekt: de Spanjaard Alonso de Ojeda. 16 jaar later voerden de Spanjaarden de meeste Caquetíos af om te gebruiken voor de slavernij. In het jaar 1527 kwam er een Spaanse vestiging op het eiland. Er werd landbouw uitgeprobeerd maar dit mislukte veelal. Het eiland werd ‘isla inutil’ genoemd, oftewel: nutteloos eiland. Het aantal Spanjaarden nam af maar het aantal Caquetíos nam juist toe.
West-Indische Compagnie (WIC)
In 1634 viel de West-Indische Compagnie Curacao binnen. De Spanjaarden gaven zich over. De reden dat Curacao werd veroverd was dat het strategisch lag ten opzichte van de andere Spaanse eilanden en het had een goede haven: het werd een Hollandse basis voor handel en kaapvaart. Er werden forten gebouwd om het eiland te beschermen: Fort Amsterdam werd in die periode gebouwd. De omstandigheden voor de soldaten waren echter slecht: er was niet veel te eten en de soldaten moesten meehelpen met het bouwen van de forten. Een muiterij werd afgewend door de rantsoenen te verhogen.
Curacao wordt belangrijker
Spaanse plannen om Curacao te heroveren mislukten door een storm: dat was een geluk voor de WIC want de Spanjaarden hadden waarschijnlijk gewonnen. Toch was men verdeeld over de toekomst van Curacao; de opbrengsten waren erg mager en de forten en manschappen kostten veel geld. Toen in 1654 Nederlands-Brazilië viel, werd Curacao echter steeds belangrijker. De ligging was al strategisch maar werd nu nog strategischer. Bovendien groeide de bevolking, Curacao werd opengesteld voor Europeanen die zich er wilden vestigen.
Slavenhandel
In het jaar 1665 bracht de WIC slavenhandel naar Curacao toe. Slaven uit west-Afrika werden verhandeld op het eiland en het bracht concurrentie met zich mee voor Engelse, Franse en Portugese slavenhandelaren. Doordat het een waar knooppunt werd in de internationale handel, groeide de hoofdstad Willemstad. In 1674 werd het een vrijhaven; het bracht voor de inwoners van Curacao enorme welvaart met zich mee. De Fransen waren kwaad en kaapvaarder Jacques Cassard belegerde Curacao in 1713 korte tijd. Er kwam onrust naar het eiland toe en er brak een kleine slavenopstand uit. De positie van Curacao in het Caribisch gebied nam af.
Curacao wordt kolonie van Nederland
In het jaar 1791 ging de WIC failliet, Curacao werd een kolonie van Nederland. In 1795 brak er weer een slavenopstand uit die korte tijd later werd neergeslagen. In 1800 kwamen de Britten echter naar het eiland toe en veroverde het op de Nederlanders. Ze onderschatten echter de lokale bevolking die hen in 1803 verdreef. In 1807 kwamen de Britten terug en in 1816 kwamen de Nederlanders terug. Het werd samen met Suriname een van de 2 West-Indische koloniën; Curacao en Onderhorigheden heette het officieel en het bestond ook uit Bonaire, Aruba en de bovenwindse eilanden. Toen de slavernij in 1863 werd afgeschaft braken er andere tijden aan; het werd armer en men leefde van landbouw, visserij en handel. In 1914 werden er grote aardoliereserves in Venezuele ontdekt en raffinaderijen vestigden zich op Curacao. In de Tweede Wereldoorlog speelde Curacao een belangrijke rol in de brandstofvoorziening voor geallieerde troepen.
Van arbeidersopstand tot status aparte
Op 30 mei 1969 brak er een arbeidersopstand uit waarbij de Curacaose arbeidersklasse beter werd gecompenseerd door onder andere Shell: de Trinta di Mei. In 2010 werd Curacao een status aparte binnen het koninkrijk der Nederlanden. Vergeleken met Aruba is de band met Nederland nog steeds erg sterk. Hoewel het geen grondgebied is van de Europese Unie, geen euro heeft, komt het eiland wel in aanmerking voor EU brede samenwerkingsverbanden. Overigens bezitten de inwoners van Curacao naast de Nederlandse nationaliteit ook gewoon het Europees Burgerschap.